II ik ben het nu, ik ben het hier het is de dode, de blinde, de schaduw van het zwijgenin het luchtledige in het beweegt hethet kruipt onder de slechtende roede kleine gewervelde dieren, aas, afvalinfecties, gewemel, het wroeten in het bolwerkde container waar de stank walmt van het verledendezelfde vergasten die nu verzuipendezelfde gekeelden […]
Categorie: woordenpers
opgave (1/7)
I een binnenste handpen. onduidelijk of geheelafwezig is de bandering (ook de lichtval speelt een rol) “we dienen de letters open te brekenom de klanken te bevrijden” inputtekst (2010) Over het ‘Gedicht van de Dag‘- programma Lees meer output van het ‘Gedicht van de Dag‘-programma
maanlief
branding, snelle wolkensliertgeur van scherpe dennen en de maan heur felle schijn verbergt de maan. het zijden licht bloeit ragfijn open in de open zee. dodemaansdeken dooft het donkere golven,zo vervluchtigt zij, nevel in de nevel van het leven. ik zal haar likken hoe zij daar te wiegen ligt. ikslaap en slik. komt fluks dageraad, […]
methadon
de telefoon staat af : ik ben weg. het lacht. hetdaalt en dwaalt in het wonder dat zij hebben wou. het neuzelt door rottende bestanden naar ietsdat lijkt op haar, een wulpse warreling, een schijn van oude snedigheid, beelden in de hand gegrift.selecteer alles en verwijder. ik paste, het past niet,de nacht is te ondiep, de […]
staaf
sprakeloos, van mond en tong is het ontdaan.de armen en de benen zijn er afgepeld. ze zucht. haar lichaam brult. het schuift hetkleed van stilte listig hoger op haar huid, breektmet wrijven, nijpen, strelen de oudste der geluiden aan. antifonen galmen in de klinkers van haar naam. haar vingerswrikken en ze woelt de letters om: het […]
Liefde is een dodentaal
Het gehuil in mijn hoofd benadert het gehuil enhet schrikt en ik haal mijn handen af van mijn vlees. In mijn adem komt nu toch een zwarte stilstand.Uw hoofd draait zich in mij en uw schouders wringen zich door mijn anus. Het bloedt niet eens. De vogelsvallen. Het einde valt uit het einde. De menselijkegestalte […]
sissen
[scène: een donkere nacht in het midden van de dingen] zijn hijgen klotst tegen het hoorbare aan zoals olie op zee tegen een krijtrots de zonnebloemen hielden het geen twee maanden:rot in de pitten, honderden maden van horzels erinde vergulde leugens in de zak bij het gelogen goud, elk moment een loting met eendere afloop elke […]
jengel
wat zou het met dit lege lijf beminnen? met die handendie hongeren naar handen? van al het licht ontwaardeogen staren in het zwart naar sporen van voorheen,en armen bengelen aan beelden die van lijfjes druipen: spookpijn huist in hen, het knettert onheilspellendals het maar kijkt, het oker van een buik, een schouderof een ranke hals […]
klonk
lelijkheid belaagt de zon met harde stralen,licht wordt in de druipgoot naar een stalen duisternisgevoerd: het vat. men tapt er schone schijn van af,in bekers gelabeld maandag t.e.m. zondag, nat schuim bij een kloek opgehouden lach. het kronkelt makin de bak, een blinde witte worm, te glad en tochniet al te zichtbaar, geen kat die er […]