Verdwijnt het nietals jij mij ziet? Bloedt mijn blik nietin jouw lege wereld uit,smelt mijn hand niet in jouw hand, mijn vingers samenmet de jouwe tot een klomp,als jij mij roept, mij raakt? Ik sta ommuurd als jijdoor eender traliewerken geef er slaafs bevelen doordie ik spartaans van haarontving : verwijt ons niet,vertel mij niet […]
Categorie: 101Aanroepingen
Wonderbaarlijk noem jehoe haar stem mij vangten ik uit haar versleeptbij jou alsnog bevlogenkronkels maak. Betoverend vind jeelk gebaar dat ikvan haar op jou verhaalen hoe jouw lijf in elkestreling past. Zaligmakend heet hetals ik in jou krul,jouw tongen vurig liken al gods heerlijkhedenuit je dwing. Vergis je niet in mij,mijn lieveling : jijkreeg van […]
Haar zotskap op en dansend in mijn handen,aan stok en draden hangende is zij de heks.Bovenwerelds stom ben ik haar toegewijd.Ik, die graag de kinderen hun gieren gun, leg nauwgezet met elke grimas, wentelingof kronkelpas een onverzettelijke haatin haar luchtig stoffen ledematen, in haar gelaat van zwart doorgroefd genot. Met weerzin en met liefde in […]
voor a.s. er is geen tijden niets staat ons te wachten.er is geen bedwaarop mijn naam geschreven staat, maar dagelijks is jouw schoonheid krijtendop mijn zwartgeblakerd land een toverzang,geborgen klank van zilversnaren,handen, dansend, die mijn talen breken en klakkeloosvan liefde spreken alsof geen wervelstormons in die oogwenk ooit nog raken kon. inputtekst
Sla je zomerrokje om je badpakslipen sluip druipend weg van ’t strandmet je natte tenen op het wegelzand.Toeter tonen met getuite lippen, klakverwachtingsvol je tongetje en repje billen in het ritme van een deuntjedat je dapper maakt en los van zeden. Berg je tijdig voor des donders droeve buldering. Haak je natte bloesje aan een […]
Was je als het lelieblaadjedat ik onder handen had,een vale rest die moeilijkvan de vingers ging? Was je zacht als dit graste zeer tijdelijk een malvan tederheid en liep je drassig over op de grond ? Was je als een vlinder beterver van mij gebleven toen,van een toekomst die niet ikmaar mij in handen had […]
Verheerlijking, onaangeroerd. Nietsbewegen tot een laag straaltje zonjouw stem openbreekt, glaswollig roosjouw tere zucht uit nachtblauw stulpt. Dat ik je aanleun dan, eetvan je adem, zout van je halslik en wellicht de dag langmet die klemvaste dreun van me jij roep, je naam? Dat ik je neemtot je trilt als een riet in de wind,tot je […]
Blijf bij mij, verdrijf haar niet:ik zal omstandig strelenheel jouw huid en in jouw broosheidteder stromen wekken tot jetrilt en als je rilt de koude angstonmiddellijk verbrijzelen, restjespijn secuur uit groeven vijlentot haar vlies jouw lichaam dekt enin jouw mond haar ijle zingen ’t vlammen van jouw vreugde likt. Blijf mij bij, verlaat haar niet:ik […]
Niet eens beweegt haar hand. Het linkerkinderwagenwieltjewaar een slag aan zat, had zich voor twee maandenin het voetpad klem gereden : haar vloek klonk simultaan met mijn geslaakte zucht. Scherp licht stak uit haar blouseen brak in de wolken boven mijeen regen aan van weken. Dag na dag en uur na uurzag ik in haar […]