Achter pakken takken scherp als dolkenverbergt de zon zijn droevige stralen en de wind waait tot krabbels de wolken.Komt de taal het licht uit sterren halen,leest wat gebeurt zich om tot verhalen?Staat er daartoe zulk een hechte coderondom ons met wetten en verboden?Worden wij ook weg- en afgeschreven?Onleesbaar blijft het leven. De godennoch de vrouwen […]
Categorie: asemic reading
LAIS LXIII
Een zin schuift weer de hoge ramen afen zomp ter stede dalen tekens neerwaar dof de mensen dolen op en af,die willen dit of dat en dan nog meer.Zij kopen heil na heil en elke keergelooft men weer een ander woord met faamdat jeukt en rot op ’t lijdend vleeslichaam.De taal is dwang die allen ondergaan. LAIS kwam […]
LAIS LXII
Het is terecht. Zij heeft de naam gezegd.De zon verbleekt, de maan is weg, sterrenhebben deemoedig hun licht afgelegden goden druipen af naar het verre.Zal het hen de monden opensperren? Er schuilt veel eenzaamheid in samenzijn,zij kent daarvan de code, het geheim.Er komt verlangen, kwijnend, als de dood:’t verleden leed wil nog een laken zijn.Het slaapt […]
LAIS LXI
De wilg rilt en stort zijn bladeren neer.Zijn takken wijzen naar beneden, grondwaarop het oordeel wordt gevormd, verkeervan leesbaarheid op kale ondergrond.Het leven heeft zich aan de dood verwonden trekt zich af van wat gaat sterven:Het ideaal wil alles bederven,stilstand, met dingen die alleen bestaanopdat wij zouden iets daarvan verwerven,het Zijn dat zich dan ons […]
LAIS LX
Gramente dade dooruk om sprotekRuchtviels vaval ed ian do logen brrHapensie immen, lagende kwotekZuzendenijkte, slochtoms der grrRachrome butten, wakelde em krr. Augolk tie mast, oondere trentondeJulk mettertet trost no trost omondeDade om pelenduse, neup zik neup. Klichfane fulpe grokulke deondeDado miksaje rijtop’, klibdik, zeup. invoertekst (2011) dv 2019 – asemische lezing van LAIS LX
LAIS LIX
Bars ziet het de verte ogen breken,en licht raakkelen induiken, en zangherfstroodbebladerd rot overstekende zeeëngte van tekens die omvangontkennen (land is bedrog), verlangenuitspreken als een vloek omdat het ubemint met de handen van Nosferatu. Dan als het zwijgend uw lichaam betrekten het oplost in uw reiken naar nu:klaarte breekt aan waar uw zwaarte vertrekt. invoertekst (2011) dv […]
LAIS LVIII
Men zegt (de goden fluisteren) dat doorde barst de ziel valt in ’t mensenlijfuiteen alsof iets daar zichzelf verloor,de vent vernederd werd en ook het wijf.Men spreekt maar weet met eigen taal geen blijf.En ’t feit dat wij zo triest zijn naderhandwanneer wij weer op ’t strand zijn aanbeland,waar alle dingen vatbaar zijn bij naam,waar […]
LAIS LVI
Het is twee heesters in een haag geplanten het laat de scheuten rondom groeien,verstrengelt zich in twijgen tot verband. Het is het maar het kan door het groeien als elkander in elkaar gaan bloeien.De zon wil uit de hoogte branden,vogels zingen van hun verre landen,het geeft nu schaduw aan een minnend paar.Zij zien het niet, voelen […]
LAIS LV
Het is november en het weer is goed.Er heeft nog nooit zo’n late zon gestaan,de markten zakken en de euro bloedt,dit is een hoogtepunt in het bestaan:het kan alleen maar naar beneden gaan.Het weet niet goed wat het nog zeggen kan,vader. Het was zo simpel daar en dan:van al het slechte gaf het jou de […]
LAIS LIV
Het zit gevangen als een vallend blad.Er is geen weg terug, de tijd loopt af.Eenvoudig pad, er is alleen maar dat.Weigering wordt schuld, verwerping de straf.Er was verhevenheid, het glijdt er af. Het telt de dagen en de zon staat laag,het voelt de koude komen vlaag na vlaag,het hoort de wolven huilen zonder zin.Elke vrede […]
LAIS LII
Het is te vroeg, er heerst vertwijfeling:de tijd zoekt zelf een rake metafoor,een afscheidswoord bij de vernietiging.De straten staan te dik, het is te goor,apocalyps is geen muziek voor koor.Geld bezet de plaats die god ons liet. Helbeweren de media, onze hemelblaft ons de maffia. Toch gaat het door.Een plein is geen vallei, men voelt […]
LAIS LI
Er staat een grote kale man naast haar,zijn ogen glimmen van genot. Zijn neusglanst zacht van rust, hij is daarvan gebaar.Hij heeft geen mond, dat oogt wel omineus.Van waar is hij en waarom hier, die reus? De nacht is leeg en zwart en eindeloos,geheel de ruimte is bestemmingsloos. Plots wijst de man naar ginds, daar is nu […]
Het is er nacht. De treinen strompelennaar hun eindbestemming en in het raamstaat in brokken zwart te verschrompelen:dit land, de leegte van dit land, de naam(uit de lijsten die met het minste faam). Je kan geen doel benoemen waar het gaat:’t jaagt op tekens van een verleden daaddie het geen toekomst aan dit heden haakt.Het lijf […]
LAIS XLIX
Het gaat in zichzelf als stelling tekeer:wellustig asceet, vroom legionair,heftig en bleekjes, geslachtsloze heer,een sloer van een vent. Erg precairde balans want elk fatsoen is vulgair.Huid is de grens van een gepland object,’t leven een dunne lijn, dwingend traject,en dood is het doel. Dat tekent het uit,het plot met de muze, rot en abjectwat het […]
LAIS XLVIII
Strelen is een slaan met trage handen.Aaiend het tedere keert om de tijdin golvend wier, breekt los op stranden,haar huid een baai die geurt van eeuwigheid. Zo lost de nijd op in zintuiglijkheid:haar diepe ogen drinken al ons licht,haar lichaam maakt dat onze weerstand zwicht.Er is het stille nu en ’t laaiend vuur,er is geen waarheid meer, […]
LAIS XLVII
Een blad hangt nooit zo droevig aan zijn tak.De mens geraakt niet van zijn hebzucht losen maakt van dat gebrek dan maar zijn vak.De econoom verdeelt zo stad en bosen eist alom gebrekkigheid: het mosmoet van het staal geschraapt, en elk beginvoorzien van einde, werking, doel en zin.Dat is vandaag gelukkig hen ontzegd:’t zijn maar […]
LAIS XLVI
Er valt een venster uit het niets voor haar.Zij staat er beeldig in gekaderd, mooi,alsof er verder niets te zien was daar.Dauw die parelt op het gouden haar, tooiop wat geen man versieren kan, te mooi.Niets is er aan toe te voegen, geen zindie leest zoals zij schijnen kan. ’t Begin,angstvallig, groeide uit leed, onleesbaareerst […]
dingen
ik bind mij inde dingen die ik zie en wil. de mensen zienen willen mijen kopen dan de dingen die ikniet meer wil. inputbeeld: #ayeshaomar op Instagram bekijk dit op Instagram
LAIS XLIV
Wij lopen slaafs gevangen in een lusen ’t lopen loopt in ’t lopen uit op roten elke draai herhaalt gewoon de kusdie ooit een zieke afgezant van godzichzelf de mond opdrukte als gebod. Ongenadig haalt de tijd de banden aan:wij zien de cirkel zwart al om ons staan.Er is geen uit, we kunnen er niet in.Wij […]
LAIS XLIII
Assebad, douchekop der duisternis,pekinjectie, inktspuit, straal in de zon,destructie aller glinstering, er isgeen schijn, geen schemer meer, de duivel won:’t is donker weer in ’t Niets waar ’t Al begon.Beweeg niet en je wordt ter dood geplet.Beweeg je wel: je wordt op ‘af’ gezet.’t Regent excuses van de woordgoden,nieuwe beloftes in oud bijbels vet,veel poeha […]
LAIS XLII
Het is avond. De lucht is van satijn.’t Geheugen streelt haar schouders, en haar huid,onthouden in het kleed van hun geheim,glijdt weg onder de zoenen en het sluithaar adem in zijn adem op, en uit. Dan, er is een siddering en zij verkilten in een treurnis ligt het gans verstild.Ongrijpbaar hier staat d’ irreële standvan het […]
LAIS XLI
Volkomen lijkt het zwart nog licht omrand.Er is beslist nog diepte in ’t donkeredaar, waar het licht geheel is uitgebrand.Ga dus verder, betast het duisteretot je de huiver voelt, het ergere,de flitsende lemmetten van de pijn,de willekeur, die wil is van ’t venijn.Voorbij de dingen pas kan het verschijnen,in de gebroken ogen van het zijn,in […]
LAIS XL
De ogen staan kil, zij steken als stakenongenadig diep in ons en roerenom het trage gif van zijn haat, brakenzijn hang naar vuur in het lijf, en loerenop een kans om ons venijn te voeren. Drink alleen, dronkaard, toast op het gelijk:er komt voor u helaas geen vergelijk,er is niets meer aan te doen, het loopt […]
LAIS XXXIX
Altijd het kind beleeft de eeuwigheid:de plaats is zonder bodem rijk aan tijd,de tijd staat bol van onbereikbaarheid,er is een al dat naar het ene leidten elke klank is vanzelfsprekendheid.Ga weer, vervloekte, naar jouw herfstig bos,laat daar de woorden haat en liefde los. De late zon verkondigt vorst vannacht,zijn rood geeft hoge bomen al een blos:de dood […]
LAIS XXXVIII
voor a.c. In rimpels op het donk’re vlak verzonkin een spiraal en elegante zinhet maansatijn, dat waterzuchten dronk,en broos: het was de wilde roos te min.Het kelkdiep lonkte nog met naakte zin,vingers in vingers roerden òm het goud,adem omademde de adem oud,prehumane hunker huisde in de keel:ontpopt zij sloeg satijnen vleugels koudin vlammenstreling zwart rondom […]
LAIS XXXV
Geef ons dan ’t wereldeinde maar, wantdat einde kwelt uw wereld in uw hand.Het doel van zee is waar ons zeilen strandt,en dat van rede waanzin, liefdesbrand.Dat dansen wij, dat tetragram houdt stand.Wij kregen niets van ’t eindeloze:ons is de dood, en schoon is het broze.Dus schrap maar onze namen uit uw nijd,Klootzak, wij hebben […]
LAIS XXXIV
Er is geen plaats en geen omgeving nu,een hand heeft haar bestemming aangeraakt,geen overweging, beweging continu,liplezende lippen, en tijd die kraakt:‘pijn is een bliksem die in d’ hem’len haakt’. In de lust wordt een glinsteren onstoken,vonken van de sterren afgebroken,en al het zwart wil in zichzelf vergaan. ‘Zij is vergeefs in zijn bestaan ontloken:hij ziet de honing wel […]
LAIS XXXIII
Er is geen tijd: er is slechts bruisen hier,een schicht verdurende verbondenheid,opgelost in licht. Handen in ’t pleziergezet kneden de klompen zaligheidtot lijfsgebaren van de innigheid.Haar straal is innerlijke schitteringdie het duister lost, vertederingvan harde weigering die welig dektde aarde met haar overwoekering:de hemel wordt er klaar in uitgestrekt. inputtekst (2011)
LAIS XXXII
Er is geen plaats, er is geen tijd, er isbewegen in en om en naast elkaar.Trilling, kering, weerstand, hysteresis:bewegen gaat vooraf aan hier of daaren wegen worden pas bewegend klaar. Trajecten kruisen wel maar nooit net nuen nu vergaat ook steeds van hier naar u.Geen ene lijn gaat ooit van A naar Bniets is ooit nog wat het is, […]
vrij
woord na woord wil ikmijn lijf gelovendat mij verlossingdoor jouw strelen schenkt. dag na dag verliestde wereld meer haar zinomdat die nietsvan jouw gebaren kent. jij schrijft mij blij,ik lees jou diep in mij:lichaamstaal maakt vrij. inputbeeld: #elfoxberlin google doc met alle hellfies
hier. Het duister met haar kleffe handen slaat de kleffe armen om het lijf. Alarm. Het schuiven schokt, het is discreet, er zit staccato in het rot. Het heeft niet veel. Het tokkelt op de al te felgespannen snaren van de tijd. Het braakt er. Er braakt het. Giraffen schuren hun hals in een donkergroene […]
De luchten klinken zich tot klanken om.De klanken vluchten laf de woorden in.Het stof stuift uit de dode boeken. Genoeg. Ik doe het licht aan als het uit is.Ik doe het licht uit als het aan is. Ik doe het kleed uit dat je draagt.Ik los de vraag op in jouw blik.Ik duw de zwaarte […]
Hij dichtte het lek waardoor het levenslicht verliep.Hij rukte het raderwerk van plichten uit jouw hoofd.Hij gleed door grotten van de droefte naar de dood,Hij doofde vuren die de angst vertoonden op gezichten. Hij bracht de hartslag van de sterren telkens weer op gang.Hij schepte slijk in vorm en wreef de vormen om tot brons.Hij […]
Zij murwt haar stralen in de plooien van de hel.Zij smeedt de kilte in het woeden van haar nacht.Zij scherpt haar vragen aan de snede van zijn zwaard.Zij stoot zijn woorden af als korsten op haar pracht. Zij schatert om de bonte schimmels van de nijd.Zij maalt de onmin smalend om tot min en mond.Zij […]
“Woorden, ze deugen niet” Herlinda Vekemans, Herhaald onderwerp, in Buiging ISBN 90-5655-283-X U bent het Ene, Oorzaak, Middel en het Al.U zegt mij van uw Wet het rijmen aan en uw Verhaal.U doet de muze af als vrouw en mij als haar vazal.U buigt elk zwijgen om tot einde van uw Taal. U zuigt het […]
Jij bent afwezig als een veld van ongebruikt geheugen.Jij bent een al met niets nog opgevuld en vlak en leeg.Jij zet het afgedane op als initiële boord van het verlangen.Ik schrijf jou neer en af om jou te zien en wil dan meer. Jij zuigt mijn woorden aan en gomt werktuiglijk alles uit.Jij breekt het […]
Wonderbaarlijk noem jehoe haar stem mij vangten ik uit haar versleeptbij jou alsnog bevlogenkronkels maak. Betoverend vind jeelk gebaar dat ikvan haar op jou verhaalen hoe jouw lijf in elkestreling past. Zaligmakend heet hetals ik in jou krul,jouw tongen vurig liken al gods heerlijkhedenuit je dwing. Vergis je niet in mij,mijn lieveling : jijkreeg van […]
Haar zotskap op en dansend in mijn handen,aan stok en draden hangende is zij de heks.Bovenwerelds stom ben ik haar toegewijd.Ik, die graag de kinderen hun gieren gun, leg nauwgezet met elke grimas, wentelingof kronkelpas een onverzettelijke haatin haar luchtig stoffen ledematen, in haar gelaat van zwart doorgroefd genot. Met weerzin en met liefde in […]
voor a.s. er is geen tijden niets staat ons te wachten.er is geen bedwaarop mijn naam geschreven staat, maar dagelijks is jouw schoonheid krijtendop mijn zwartgeblakerd land een toverzang,geborgen klank van zilversnaren,handen, dansend, die mijn talen breken en klakkeloosvan liefde spreken alsof geen wervelstormons in die oogwenk ooit nog raken kon. inputtekst
Sla je zomerrokje om je badpakslipen sluip druipend weg van ’t strandmet je natte tenen op het wegelzand.Toeter tonen met getuite lippen, klakverwachtingsvol je tongetje en repje billen in het ritme van een deuntjedat je dapper maakt en los van zeden. Berg je tijdig voor des donders droeve buldering. Haak je natte bloesje aan een […]
een memorabele fantasie
Naia de Fontontennimf werd op een nachtZo diep door zware Dram doorboordDat heel het Zijn in ’t zwarte Gat verdween. Sindsdien wil niemand nog te dichtBij Naia zijn. inputs: The Sea of Time and Space (Vision of the Circle of the Life of Man) BLEEK is een NKdeE Verschrijf- en Kliederprogramma in Ontwerpfase. vertaalcommentaar, opmerkingen en suggesties […]
Was je als het lelieblaadjedat ik onder handen had,een vale rest die moeilijkvan de vingers ging? Was je zacht als dit graste zeer tijdelijk een malvan tederheid en liep je drassig over op de grond ? Was je als een vlinder beterver van mij gebleven toen,van een toekomst die niet ikmaar mij in handen had […]
Verheerlijking, onaangeroerd. Nietsbewegen tot een laag straaltje zonjouw stem openbreekt, glaswollig roosjouw tere zucht uit nachtblauw stulpt. Dat ik je aanleun dan, eetvan je adem, zout van je halslik en wellicht de dag langmet die klemvaste dreun van me jij roep, je naam? Dat ik je neemtot je trilt als een riet in de wind,tot je […]
Blijf bij mij, verdrijf haar niet:ik zal omstandig strelenheel jouw huid en in jouw broosheidteder stromen wekken tot jetrilt en als je rilt de koude angstonmiddellijk verbrijzelen, restjespijn secuur uit groeven vijlentot haar vlies jouw lichaam dekt enin jouw mond haar ijle zingen ’t vlammen van jouw vreugde likt. Blijf mij bij, verlaat haar niet:ik […]
Niet eens beweegt haar hand. Het linkerkinderwagenwieltjewaar een slag aan zat, had zich voor twee maandenin het voetpad klem gereden : haar vloek klonk simultaan met mijn geslaakte zucht. Scherp licht stak uit haar blouseen brak in de wolken boven mijeen regen aan van weken. Dag na dag en uur na uurzag ik in haar […]
maritiem
kom, Astrée en berg nu blozend maarjouw sterrenogen in hun kastje,gooi onachtzaam al jouw linnenaan de haak, pulk dat strakke koordjevan je haardot los, ensnoer jouw leegterond het mastje dat ik maak. inputtekst (uit ‘101 Eigentijdse Aanroepingen van de Muze’)
Leef je dagje, zweveteefje, want ik kleef je lieve lijfje aan als aarde ’s nachts aan lucht. Drink je wijntje, fuivetrijntje want ik zwelg je klanken tot het barst en knarst van stille pijn. Lik je ijsje, snoepedoosje, want ik kauw je zinnen tot het bloedt uit bleke blaadjes roos. Lach je lachje, linkepinkje, want […]
Kathaars Ik zocht de bloem die in haarcirkel brandde (haar naamis uit elk boek geschrapt).Een tempel heeft ze niet ;ze blijft soms even in profielop wit berijmde ramen staan,om dan in ’t ongezien te verdwijnen. Waarheid is onhoudbaaren dat wil men niet. Zij is wellicht sinds langin walm en kreten opgegaanen wat de kerksteen ademtvan […]
Unheimliche, van wrok verkrampte teef,misnoegde enkelinge, van elke zinonterfde, hoogbejaarde slet, jij,die van je knekelhuis de grondverspeelde en mekkert nu, je lot bejammert, jij, die nu je veer is afgewondennaar je doden lonkt met open monden pruilt omdat je bij de gratieleven moet van opgeklopt verbeeldverlangen, vlees dat rot je lijf bespot : komt nader, […]
Olivier Messiaen Zijn eerste vogel was een duifals een heilige geest wiekte ze zachtzijn tot over de oren bewapende eeuwzijn oranje en paarsgeaderde slaap binnen hij ontwaakt in onschuldeen doop van klank en hoop‘een extatisch lied in een droevig landschap’‘grijs, mauve en Pruisisch blauw voor begin en eindehet midden is van diamant en zilver’ uit: […]