Blackout Baby’s Boosting on the Town
Wat zou ik beminnen met dit lege lijf, die klamme handen
die hongeren naar handen? Van enig licht ontwaarde
ogen staren in het zwart naar sporen van voorheen,
& armen bengelen de beelden na die van de lijfjes druipen:
spookpijn huist in hen, het knettert onheilspellend
als ik maar kijk, het oker van een buik, een schouder
of een ranke hals in mijn vergrauwde blikken sluit.
Ik leef in de vertrouwde leegte van je onmin nu & krijg
niet langer wat ik toen ter soelaas van je kreeg: hoe jij jezelf
& mij bij mij ontkende, hoe nietig je de liefde vond, hoe vlug
& dom jij dacht dat ik wel was die daar de stilstand vond,
het einde van het wachten op het wachten, de spil die mij
in jou aan al het niets verbond, het draaien & de adem die
dan stokte. Nee, daar kan niemand ooit iets van onthouden.