Iemand vroeg mij waar ik mij zoal mee bezig hield de laatste tijd. De persoon die het vroeg was vooral geïnteresseerd in zaken die buiten mijn activiteiten in dienstverband vielen en die ook niet dadelijk gerelateerd waren aan mijn familiale genietingen. Het zal geen kat interesseren, tant pis voor de katten (en Henk), maar een antwoord op die vraag leek mij een goeie manier om het proces van de Lopende Bundel Bespreking te benaderen, omzichtig te besluipen zeg maar.
Waarom? wel, we durven hopen dat dat zal blijken, maar enige zekerheid daaromtrent is er helaas niet.
De vraag was dus naar de invulling van mijn otium, naast wat wij allen- zo veronderstelde hij toch- gemeen hadden als negotium. Ik haal die Latijnse woorden erbij omdat je daar zo’n net begrippenpaar hebt, dat in onze taal ontbreekt.
Enkele opmerkingen daarbij, dingen die ik gewoon ter overweging wil opperen, omdat mij dat plezant lijkt:
- het ontbreken van een begrippenpaar in een taal voor een gangbaar onderscheid kan duiden op een zekere turbulentie in de differentiatie van de beide begripspolen, of in een moeilijkheid om het geheel te vatten, dat middels de termen van het paar samen net zo’n ‘vatbaar’ geheel vormt
- opvallend in het latijnse begrippenpaar is de positieve karakterisering van de rust t.o.v. de plicht, het refereert dan ook aan een hele pluk-de-dag cultuur waarbij de echte rijkdom van een staat en haar burgers wordt afgemeten aan de kansen tot onbelemmerde rust. Horatius is natuurlijk een hoogtepunt van die cultuur, en hoewel we niet blind kunnen zijn voor de verschrikkingen waarop het allemaal gefundeerd is, het monument opgericht in die gedichtjes van den Quint, is echt wel grandioos. Bij Huygens komt dat terug boven allemaal, maar iemand zou ’s een vergelijkende studie moeten doen over Constantijn’s lofzangen op de Hofwijckse rust en het Latijnse ideaal. Sleur daar wat Ezra Pound bij en dat wordt wel wat…
- het denken in begripsparen, dichotomieën, is een gegeven dat erg eigen is aan onze westerse beschaving. Zelfs iemand als Deleuze, die voortdurend de nadruk legt op openheid en veelvoudigheid, valt om de haverklap terug op denkschema’s waarin de dichotomie overheerst
- in de neo-kathedraalse bouwkunde heet het dat zo’n dichotomie het resultaat is van een (gedachten)beweging die we aanduiden met de definietsels ‘splitsel‘ of ‘vorksel‘. Een splitsel is altijd een vorksel, maar een vorksel is niet beperkt tot de tweedeling bij splitsels.
“bah euh ni om te zeggen van de beste te zijn maar om als eerste over de meet te rijden“†
Hier past het een ‘enfin, soit’ in te voegen, ter indicatie van de overtuiging dat het bij het vaststellen van ondoordringbaarheden – aporieën zou Derrida zeggen, ineens, maar nooit zomaar – het vaak gewoon zaak is om effie te wachten tot de achterliggende druk in voldoende mate is weggeëbt, om in alle rust rond het obstakel te kunnen verder bewegen.
Barsten waar het moet, wachten als je kan: het is een plezierbevorderende splitsspreuk.
&: Verwelkende zaken verwelken ook zonder dat je erop stampt, maar enige irritatie is soms begrijpelijk & al te veel rot in de sterfbak doet het woeden te fel oplaaien.
Anyway, ziehier een lijstje van lopende zaken die men zou kunnen onderscheiden in mijn neo-kathedraalse bezigheden. Nogmaals, ik doe dat vooral om het zelf te hebben, want soms geraak ik het overzicht toch wel kwijt, vandaar dus dit TO DO lijstje:
– het uitbreiden van bestaande tekstgroeperingen, veelal van poëtische aard, waaronder (kriskras door elkaar zoals ze bij mij opkomen, da’s meteen indicatief van hun prominentie:
-
- de Gedichten van 2008
- 101 Eigentijdse Aanroepingen van de Muze
- (SUN)T(RA)NCE
- Het Pad van de Wenende Nacht
- Scheur (voorheen Schilfers)
- La Vie Sexuelle de Charles Baudelaire
- Tante Sizzle en het Verzetshoofd, een grotesk epos in verzen
- Anke Veld, een tweetalig netverschijnsel in proza
– het kliederen met waterverf, pastelkrijt en potloden alsmede het uitwerken van 3 dimensionale Materialisaties van Kathedraalse Aard. Het groeperen is hier wat lastiger maar er zijn toch ook hier bepaalde strekkingen:
-
- L!NT, een grafisch-topologisch onderzoek naar de Beweging en haar Classificatie
- het vElfabet met haar derivaten, een onderzoek naar grammatisatie op letterschaal, de Ondeelbaarheid en het ‘En toch’
- de kaderreeks, waarbij een aantal deuren van een oude keuken worden gedemonteerd, zwart geschilderd en misbruikt als kader dat dan op Kathedraalse wijze wordt ingevuld
- de eindeloze onderzoeksnota’s bij Boeklezingen
- Islandverse, een grafische verlezing van Audacia Dangereyes’ gelijknamige bundel
– het organiseren, stichten en inrichten van een netlabel
– KLEBNIKOV CARNAVAL 2009 : nakomen van de engagementen van verleden jaar, terrein bespreken, overleg met oude en nieuwe partners, verwerking van mediamateriaal van 2008 (zucht)
– het onderhouden en verbeteren van Poetry Kessel-Lo Poezie: d’r komt een nieuwe lay-out, een eigen adres (domein naam) en ik ga sponsoring door lokale handelaars toelaten om de hosting te betalen en om via het netlabel de PKLP archieven te publiceren in drukvorm (POD). De voorstelling van die archieven zou op haar beurt moeten leiden tot het inrichten van PKLP-avonden, met levende aanwezigheid van KESSELPOETS. Dit plan is oud, maar er is mij nu enige tijd gegund om het uit te voeren.
Ik begrijp dat dit soort actie (waarbij aan een online activiteit een materieel staartje wordt gebreid) momenteel een beetje tegen de stroom in is, maar het is niet omdat wij stellen dat drukwerk secundair dient te zijn ten opzichte van een gezonde, lopende praktijk (bij u thuis, in de kennissenkring, op podia, online) , dat het drukwerk op zich geen waarde heeft, die na te streven is. De secundaire sakralisatie, en heel het proces dat Stiegler tertiaire retenties noemt- de overdraagbare en dus supra-individuele traditievorming – maakt van het opscheppen van de creatieve restanten, en de (ruil)handel in die objecten zelfs levensbelangrijke dingen voor de primaire praktijk.
Maar je moet m.i. zoeken naar een natuurlijke gang van zaken daarin, zoals dingen groeien, op een bepaald moment heb je daar een stollingsproces, schorsvorming, dat neigt vanzelf naar het papier. En je moet de kar ook niet voor het paard willen spannen (tenzij het bergaf gaat natuurlijk) : het bereiken van die verhandelingsfaze is een culminering van een aanbod dat zich afspeelt, niet een te bereiken aanbod waarbij het zich afspelende, de lopende code in dienst staat van allerlei externe marketingsmechanismen. Een participatieve organisatie van de culturele overdracht heeft die akelige mechanismen ook helemaal niet (meer) nodig, dat is een kapitale misvatting, wat zich daar afscheurt richting commerciële bovenbouw heeft met creatieve praktijk absoluut niks te maken, alleen met de verfijning van kapitalistische scanningsmechanismen ter perfectionering van de exploitatie, het uithollen van de gekweekte ikjes.
Enfin, soit.
– het inscannen van oude foto’s van ons moeder, mede als meditatie over de vergankelijkheid der dingen en het memorabele object als object van verlangen. dit proces is een beetje vergelijkbaar met het NKdeE muurkastje, waarin koperen miniaturen werden verzameld om zo het merkwaardige verschijnsel van verlangen in een collectioneurscontext te onderzoeken. Vooral in verband met de drukwerkproblematiek is dat interessant omdat je middels die onderzoeken kan merken hoe de intensiteiten via het kapitalisatieproces een ‘natuurlijke’ feedback genereren die met de oorspronkelijk intenties een gespannen verhouding aangaan.
Op een bepaald moment spreek je dan over de noodzaak van collectionering ter bewaring van net datgene wat via het collectioneren waarde krijgt die de bewaring interessant maken als uitlaat, nee, ingang van het desiderale handelen: let daarbij op de recursie waarbij de tussenstap van de kapitalisering toelaat dat er geen inbreuk wordt gedaan op het Kathedraalse Verbod op EerstegraadsRecursie in de Definiëring (a.k.a. de VERDerwet)
– het voorbereiden van diverse kleinere optredens en evenementen
– SLUIS (dat zit een beetje vast op dit moment)
– onderzoek ter voorbereiding van K.R.I.S.T.I.N.E., een online schrijflab/ kathedraalse academie met integratie van diverse lexicologische tools, verflarfers, artificiële dichtersalgoritmes. Enkele van die zaken wil ik ook in PK-LP integreren, maar er moet daar nog onderhandelt worden met leveranciers van lexicografische bestanden of anderszins een oplossing worden gezocht voor die vervelende appropriëring van onze taal door dwaze en uiterst kortzichtige commercanten (lap, daar gaan de onderhandelingen)
– Proust lezen, daar heb ik al jaren zin in (& verder in onder meer Dorothea Olkowski, Deleuze, de Zohar, Plotinus, Kregting & Van Hulle, de oude Cornets De Groot, Brassinga, Lacan en een boekske over ‘Music Languange and the Brain’, Protocol van Galloway, Luce Irigaray, Isou, Michaux… en dan zeggen dat we die massa van absoluut te lezen zaken zelf nog ’s zouden willen uitbreiden* )
– LBB van Mark van Tongele’s Lichtspraak
– recensie van CYCLONOPEDIA
– diverse artikels voor tijdschriften (2)
– russisch en topologie studeren
– processing leren en verder prutsen met adobe flex
– een essay/manifest uitschrijven over participatiecultuur en voorleggen aan de trison-redactie
– kliederingen proberen verlappen via online verkoop (M.O.S.S.E.L)
– bijdragen voor Grotext en een vijftal internationale spullen, vooral vispo stuff
– …
bon, dat volstaat wel voorlopig
handig toch, zo’n lijstjes…
——————————– NOTEN
† Naar Kathedraals voorschrift dient de introductie van een nieuw Definietsel afgeloten te worden met een citaat van Eddy Merkxs
* ik loop wat dat betreft al dagen in mijn hoofd met de idee – een dom verklaringsmodel – dat er een soort negentropie bezig is met de beschikbare mensentijd (hoelang je kan leven/consumeren) als limiet en war dan de container van het genietbare proppensvol zit, maar de vulling is nog voor verdere verdichting vatbaar, dus als er een nieuwe film/videospelletje/whatever uitkomt geraakt het al dan niet (ver) in die container en [hapt naar adem] binnenkort is het prijzenstelsel helemaal op de waardering van die genietingsintensiteiten afgestemd plus kan je als welstellende selfisch prick gewoon ‘levenstijd’ bijkopen en downloaden op je geheugenstrips) (soit ik zet het hier maar bij, dan kan ik hetlater nog gebruiken zonder dat ik van plagiaat wordt beschuldigt, die stupiede doodmepper van ongewenste schrijfsels van de vroege jaren ’10 van deze eeuw