Categorieën
gedicht van de dag lyriek

de dichter des zomers

Kleur is hem in de kleren gekropen
dit hoogseizoen dat dons op zijn verzen doet
en danig zijn oren tuiten met toeters en trommen.

Bloemen te waaien staan op zijn hemd
dat longen omvat met een vuurzee van aardlucht
en gele geuren van haren en rode en lachjes die krullen.

Zwart met gaten zo diep als ’t heelal
blijft hij aan de aarde geklonken en niet erg in trek
is zijn stek in het pretpark van sterven en taal.

uit de vroege geschriften (1992-93)

de teksten uit ‘het groene boekje’ zijn mee opgenomen in Rigorisme.

inputtekst (1992):

Geef een reactie

This website uses the awesome plugin.