“mon espérance est de non espérer”
Maurice Scève, Délie LXX
punt. point. de lijn wil niet van haar rechthoek wijken.
de bepaaldheid der dingen lost op (dissolves) in de
bepaaldheid der dingen. rook cirkelt weg (swerves)
in kringen van rook. adem raakt adem. maden
vreten uit het rot de stank van de o. eau de
ma vie. alcools célestes dont les a’s se mêlent
dans une tourbillonnement qui m’ étouffe. jambes
croisées. rien que mon désespoir qui rage en toi.
pas de lyrique. het stroopvel van het genot geniet na
van de zon. de zon droogt de huid uit tot stof. glans.
a hard rain valt als voorspeld, zero visibility. aarde is stront.
lief is wat jij hebben wil en jouw houden van is een hoeve.
bokken balken maar klank en stank staan af. fermette. vlug,
knip: dat schedelstukje had nog een pluk haar. kruin. vlak.
inputtekst: 14/5/2009, zie aldaar