i.m. Samuel Beckett
De lucht klaart uit. Een open venster staat
open op de hemel en hij staat hier en hier
staande is het afgelopen. Stilte, volle maat.
De heg wordt groener dagelijks en dagelijks
dichter en dichterbij hier een beetje zelfs.
Het land vergeet hem staande en hij het land
en het vergeten duurt het denken verder uit
tot het sluiten plots zich imploderend sluit,
alsof het met die plop iets imposants
poneren wou, maar het spreken zelf dan
breken zou. Bonte gekte is het, blijdschap
uit de gaten in de muren van het rot en de heg
wordt groener elke dag en hij staat hier en
staande is het afgelopen. Niet. Verder. Hij.
uit ‘Spelen dat het Donker Wordt’ (1995-1999/ rev. 2018-2019)