Het herhalen: in deze beweging ligt een opening tot inzicht verscholen achter de illusoire dingen, het loont dus om te insisteren op en tijdens het beschrijven ervan. Herhalen saneert*.
Zonder hier dat beschrijven in een filosofisch kader te (willen) duwen (Deleuze), kunnen we (ondertussen) louter uit de ervaring spreken van een systematisch en intentioneel opgewekt voortdurend herhalen in de praktijk van het Meditatief Schrijven.
Een herhaling is onmogelijk (omdat het ding niet bestaat, zulks is bijna triviaal). Elke herhaling botst als gebeuren op het verschil met het herhaalde. Je kan niet tweemaal hetzelfde schrijven, de rivier van Heraclitus laat zich ook in geschreven vorm geen twee keer betreden.
In de praktijk van het Meditatief Schrijven maakt de onmogelijkheid van de herhaling deel uit van het confronterende van de handeling: het niet beantwoorden van de ervaring aan de verwachting ervan is vaak bron van ergernis, lichte irritatie. In die zin is elke sessie van Meditatief Schrijven een meditatie op het eigen falen enerzijds (men schrijft niet wat men denkt te gaan schrijven) en, anderzijds, op de onvatbaarheid van het unieke moment dat zichzelf afsluit van elke identificatie.
De rituele inkadering van het Meditatief Schrijven speelt hierop in door het schrijven een zekere moeilijkheid te geven (het schrijven met inkt en pen), waarbij de beoefenaar onwillekeurig zichzelf een opdracht zal aanmeten ( ‘ik moet schoon schrijven, want het is speciaal’). Mensen die last hebben van perfectionisme kunnen daar extreem mee te maken krijgen, ondanks alle relativerende of ontkennende raadgevingen van de begeleid(st)er. Positief bekeken is Meditatief Schrijven zo een ideaal oefenterrein om te leren omgaan met beperkende karaktertrekken (onbeheerst perfectionisme kan verlammend werken) en om het resultaatgerichte handelen te leren loslaten in functie van een belevingshandelen. Of men kan het perfectionisme aanscherpen tot een meesterlijk beheerst instrument, uiteraard: in ieder geval kan men de eigen persoonlijkheidstrekken leren beheersen.
Herhaling is ook niet zomaar een insisteren (EN ‘insistence‘: aandrang/volharding/nadruk) (“When I first really realised the inevitable repetition in human expression […] was not repetition but insistence” – Gertrude Stein “Portraits and Repetition” in Lectures in America, 1935)
Herhalen is een (onovergankelijk) benadrukken van het herhaalde en van de onmogelijkheid daarvan. Herhalen duwt achteraf op een ingezette expressie.
Voortdurend herhalen komt vanuit het ingezetteherhalen terecht in een wervelend samenharken van onmogelijkheden. Door de intensiteit van het herhalen versmelten de ontkenningen tot een negatieve ruimte, een afwezigheid die zichtbaar wordt als punt eerst en vervolgens als kanaal.
Na de init-faze van het herhalen gaat het gebeuren over in een verglijden van steeds weer identiek gebeurende onmogelijkheden dat daardoor een poort creëert naar het ‘houdbare’ moment zelf: het moment dat zich openbaart als een splijten naar de tijdloosheid, een uitgestrektheid in de tijd die niet langer onderhevig lijkt aan de voortgang daarvan. Er is een onmiskenbare verwantschap met een orgastische beleving die eveneens de resultante is van repetitieve handelingen. Maar de beleving van de voortdurende herhaling is bewuster, rekbaar en bruikbaar omdat ze minder intens is en schijnbaar beperkt blijft tot het bewustzijn. Het bewustzijn ervaar de effecten ervan wel tot in de fijnste vertakkingen van haar lichamelijke grond, zodat die dualiteit ook geheel opgeheven wordt. Toegepast op de ‘selesteina’-meditatie: het ‘punt van afwezigheid’ waardoor de verlangensproductie geleid wordt naar het virtuele object van schoonheid fungeert als een zwart gat, een attractiepool waardoor alles ‘verlangen’ wordt. Het ik valt dan samen met de schrijvende hand, de wereld wordt vloeiende inkt, elk onderscheidt wordt onderhevig aan een oplossing die een sterk gevoel van welbehagen veroorzaakt. Onderzoek zou hier m.i. een stijging van dopamines of endorfines vaststellen. Vandaar ook dat voor verslaafden op momenten van craving (onverdringbare drang naar gebruik) het Meditatief Schrijven een hulpmiddel wordt, zoals excessief sporten ook kan ‘helpen’. Maar gelukkig kan het MS op geen enkele wijze een zgn. ‘verschuivingsverslaving’ worden, althans er zijn geen tekenen die daarop zouden wijzen.
In meer ‘mystieke’ termen: het gebeuren lost op in het Gebeuren en kan zo beantwoorden aan vooraf werkzame religieuze projecties.
Er is van in de faze dat de meditatie goed en wel is op gang gekomen ook sprake van een fel geïntensifieerde gewaarwording: hogere concentratie, grotere sensibiliteit, ‘doorvoelde’ gebaren wekken voorheen ongekende subtiliteiten op. Genot.
De minimale differentie bij het herhalen wordt immers op zich een expressieveld van het zich in het moment oplossende ik: de rafelige randjes van het ego schuren, glijden als een strelen over het wiegende gras van de steppe van de voortgaande tijd. Men ontdekt er de onvermoede ken- en ervaringsmodaliteiten van het eigen bewustzijn. De meditatie ontwikkelt, voedt het bewustzijn zoals elke klassieke meditatie dat doet. De rekking van het moment diep in de kern van het herhalen wordt ook een klaterende, onuitputtelijke bron van rust. Het punt van afwezigheid wordt aldus ook rustpunt. Men kan er zijn gedachten-noden-pijn-lijden-vragen plaatsen en er afstand van nemen. De afwezigheid kan op deze wijze, analoog aan de technieken in de Mindfulness worden ingericht als een therapeutische ruimte of als relaxatieruimte.
Uiteraard zullen de effecten die hier zijn opgesomd pas ten volle worden waargenomen bij een volgehouden praktijk. Aanvankelijk ervaart men al heel veel, al was het maar een rustgevend thuiskomen in het schrift. Maar die eerste weldaad is slechts die van de opengaande deur, de zucht van een poort naar een onmetelijk paleis dat naar eigen smaak en noden kan worden ingericht.
Pas in de herhaling kent men de meester van de herhaling.
*’Saneren’ wordt hier gebruikt als verwijzing naar de deontologie van de Neo-Kathedraalse Gignomenologie: het zich toeleggen op de herhaling in de meditatie maakt gezond omdat het tegengif is voor de menselijke Zijnsdrang die het gebeuren enkel in het Zijn kan zien en als een gebeuren van dingen die bestaan volgens een of andere ontologie. De NKdeE Bewegingsleer is een radicale de-ontologie, een beweging die zich resoluut afzet tegen het Zijn, niet op nihilistische wijze als aan anti-zijn maar als zijnsloosheid, gebeuren dat het zijn enkel technisch gebruikt in een betoog dat de dingen letterlijk in hun zijn laat. Zie bv. https://ankeveld.miraheze.org/wiki/Uitweg