“Het woord fonkelt in bewogen breinen,
restlicht pijn reconstrueren we met glans:
wanhoop ebt tot golven innig samenzijn.Je rukt & de algen druipen
als slijk op je arm. Het hele ding
was water, al het vlees druipt rot er in.De aarde is ziek. Onmachtig wij
woekeren verder & ’s nachts
amechtig wij liggen te woelen. Ziek.Stil. Voel. Wat daar beweegt in je bed,
dat is haar reddende hand, tastend
naar je in het slijk opgeschoten wortel.”
uit: dirk vekemans – liefdeskunde – gedichten bij verhalen van H.P. Lovecraft (2008-2016)