(voor cb)
ik ken geen woorden meer die ons omschrijven,
elke zin houdt met elkaar noodzakelijk verband.
de letters in mijn mond zijn droge as geworden
inkt die in die diepte van de nacht verdwijnt.
ik kus de lippen die jouw lippen waren, ik voel
jouw tong alsof het licht nog daar was, weerlicht
in de diepe spiegel van elkaar, blik die blik
herkende, glans die in de glans verglaasde.
er is een diamant in mij ontstaan. alom is
er schittering. de scherven ik & jij zijn heel
alsof er nooit iets breken kon. de tijd heeft
het moment tot meesterlijke kilte uitgeklaard
ik tel de dagen alsof er dagen waren. ik zie
het leven alsof ik nog een leven heb. schoonheid is
herinnering. ik wacht & wacht alsof er toekomst is