tlestenifs
#tlestenifs is een pop-up collageprogramma met vier weken lang invoer van de krant Het Laatste Nieuws. het programma stopt vanzelf.
P’TiX
OVER P’TiX
P’TiX is een artisanaal grafisch programma waarbij gebruikers (‘kunstenaars’) per dag minstens één verhalende potloodtekening maken vertrekkende van één van de 52 invoervlekken in inkt en bister.
Zoals elk programma, elke routine die ik ontwikkel ligt in P’TiX de nadruk op het proces, op de gebruikerservaring en niet op het resultaat. De geproduceerde tekeningen, de ‘afgewerkte’ aquarellen of pentekeningen zijn strikt genomen afval van het ‘beleefde’ programma.
Ik gebruik zelf dan ook geen A.I. om de tekeningen te verfraaien of te pogen mankementen aan de tekeningen te verbloemen, hoewel ik misschien later nog wat experimenten plan, maar dan zou het eerder zijn om de uitvoer te gebruiken als trainingsdata voor een gratis P’TiX_dv tekenprogramma dat eender welke invoer omzet in grafiek zoals ik dat met de hand zou gedaan hebben. Maar voorlopig word ik enkel moe van de gedachte daaraan.
Echt ‘goed tekenen’ zal ik overigens nooit kunnen. Ik ben zwaar bijziend en net dat gebrek – ik zie letterlijk nooit wat ik teken – resulteert m.i. in interessante tekeningen. Elke afwijking is m.i. een talent, een potentie. Een zwaar bijziend iemand ‘ziet’ en ervaart de gedeelde realiteit anders, die differentie is een meerwaarde. Het P4iX-programma geeft mensen met beperkte visuele vermogens de kans om ‘hun’ getekende realiteit te ontwikkelen, los van de fotografische projectie, het programma nodigt uit tot een intuïtieve exploratie van de gestiek en de grafische feedback daarvan.
Uiteindelijk zorgt de natuurlijke ontwikkeling van de tekengewoontes toch steevast voor een visueel min of meer coherente ‘wereld’, net zoals onze perceptie onze ‘realiteit’ gewoontegetrouw opbouwt uit vertrouwde data.
P’TiX moedigt, als creatieve tekenmethode, het maken van fouten en het leren daarvan aan1in het tekenen, net als in de (geïmproviseerde) muziek, bestaan er geen fouten. Als je een ‘fout’ maakt herhaal je die gewoon tot het een nieuwe regel is. Er schuilt een lichte vorm van rebellie in de code van de routine, waardoor het een bron van eindeloos tekenplezier en meteen ook een therapeutische uitlaatklep kan zijn.
Vanaf CHd (30 augustus 2023) werkt het P’TiX programma als abstraherende ‘aquarellenfabriek‘. Elke tekening op basis van een vlek wordt de volgende dag en de daarop volgende dag met diverse technieken 2meestal aquarel verder uitgewerkt.
De tekengewoontes die ik gaandeweg ontwikkel in het P’TiX programma gebruik ik ook in varianten van het programma, waarbij er dan andere invoer gebruikt wordt, bv. zwart-wit foto’s uit oude magazines in de “POST P’TIX PATRIOTE” variant of het Vianderdomein in “P’TIX OUTDOOR“, of oude fresco’s in het “Italië-boek”.
Op DEb is er een ‘pagina’ begonnen waarop ik notities, citaten en opmerkingen bijhoud over of in verband met de P’TiX tekenmethode: P’TiX research.
Vanaf DLF worden er (soms) in een vierde stap varianten, kopieën en/of extracten aangemaakt, waarbij Firefly, de generatieve AI bot van Adobe, (soms) ook mag meespelen.
De hier getoonde uitvoer van het P’TiX programma kan zondermeer worden gebruikt en is, zoals alles op deze site gratis en onvoorwaardelijk beschikbaar voor iedereen.
NKdeE 2023 – copyright:
CC0 1.0 Universal (CC0 1.0) Public Domain Dedication
rev. dv@DLB
P’TiX invoer TABEL
Klik op het PI-cijfer om de invoer met voorbeelden van uitvoer te bekijken:
gedicht
fumeux fume par fumée
het duister met de kleffe armen slaat de kleffe armen
om de natte dag. diep oranje kleuren in mijn handen
alle tonen die ik vang. er tokkelt iets van toen op slap
gespannen snaren, een wrede wals. giraffen schuren
hun hals aan het wiegen van een sloom groen. ik ban
het heden uit de geschiedenis, ik schuif de ladder
van de tijd tot hoog boven de daken. ik is blij.
want zie de zon verteert mij maar in de tering schuilt
genezing, de datum van verlossing komt dan stevig
naderbij. tabak is niet dodelijk, het maakt je vrij.
en alle vormen glijden weg en takken braken takken,
slierten wak gebladerte. en wortels duwen grond,
kraaien pikken worm alsof jijzelf niet meer bestond.
ban het heden uit je bio en ’t geluk is heel nabij.
voor finis mundi
[inhoudsopgave in ontwikkeling]
- 22 Mirdath Avenue
- aswoensdag
- Aurora maakt
- dans van het ik
- deemoed
- elke dag
- flash
- fumeux fume par fumée
- gedachte
- gelaat
- gezondheid
- in mij
- juicht
- kerosine
- lente
- lied
- man is the animal
- Miraval
- naar mars!
- natte maan
- rafel
- rastering
- verbijstering
- vogels vliegen niet
- zeven kruinen
- zonderling
- zurvan
- 11/02/1600
- de tijd is een tempel
- de muze
- droom
- galm
- glaslink
- het haakt
- het stukalied
- het veld
- in 3 functies naar de exit
- kraaienlied
- LAIS
- geboortejaar
- hitte
- hildac alfred coetskwi
- oneinde
- oud jaar
- over dichters
- programma
- raamvertelling
- resoluut de fanfare
- siddering
- streling
- stof
- te laat
- verhaal zonder wending
- WEIGERING (cyclus)
- wens
- zonneslok
- envoy
i tjing hexagram van de dag
H A R U S M U Z E
62 – cultus cultiveert, water vloeit stroomafwaarts
elk geloof heeft een vervaldatum (500 jaar zei Boeddha, maar de tijd decimeerde al herhaaldelijk de duur. de gelovige medemens wordt met klem aangeraden om ten minste elke 5 minuten van geloofsovertuiging te wisselen).
314 – de ogen weerspiegelen slechts het vuur
de stroom morst stormen in de stroom. 314 is een omkering van 134.
347 – mensen kiezen steeds voor wat zij kennen
de leraar neemt zichzelf als voorbeeld wanneer Heracleitos zegt het waarneembare en het aanleerbare te verkiezen boven wat niet waarneembaar is. hij doet dat immers in een betoog waarvan het punt is dat alles één is, en dat elke tegenstelling uiteindelijk in het goddelijke Gebeuren (voor H is dat de oorlogsgod – volgens Academiaman Lebedev hanteert H. een monotheistische ideologie, we moeten dat nog checken) samenkomen.
de bescheiden wijze is bijzonder schoon in haar gedachten en weet dat zij niet weet, maar daar zij beseft dat het menselijk waarneembare uiteindelijk met het onnaspeurbare samenvalt, berust zij in de aanvaarding van het ‘natuurlijke’ menselijk gedrag, namelijk zich te baseren op wat je ziet , hoort of leren kan.
het inzicht dat die keuze een beperking inhoudt is de basis voor haar rechtvaardiging want als je beseft dat die beperking er is ben je ook niet langer blind voor het bepalende karakter van je keuze, die ook geen echte keuze is.
nog: de rede die zich baseert of de ervaring is het enige wat wij ‘hebben’, oké, maar het maakt ons ook blind voor wat het nog-niet van onze kennis, daar onze kennis altijd een voortschrijdend boorplatformpje is een fragiel humaan veld, waar wij ons zwakke lampje laten schijnen te midden een oceaan van wat wij enkel kennen als totale duisternis.
vandaar dat wij steeds dienen te schrijven (denken/ageren/proberen) op en over de grens van onze onwetendheid, zoals ook Deleuze beweerde te doen in zijn ‘Difference et Répétition’.
275 – de dood geeft aan het leven al haar licht
het licht van de dood is het licht van een moment, een verdwijning.
de dood werpt het ontvangen licht terug op het leven dat haar tot op dat punt heeft gebracht. zonder de dood is het leven eeuwige kwelling, onoplosbaar lijden van het gebeuren aan het Gebeuren.
de dood is het uiteindelijke kennisobject van de angst. de angst construeert de dood, be-tekent het moment als het moment van de uit-weg, de ex-it, de poort waardoor de ondraaglijkheid van de weg weg kan. zonder doodsangst kennen wij de dood niet, en misprijzen wij het leven.
op het moment van de dood vangt de weg aan weg te zijn. cfr. de gekende doodswake ‘Ziehier mijn Brol, Vergeef mij het Gerommel’, een Rotlied van de Neue Kathedrale uit 2054.
volgens bepaalde stromingen in de Neo-Kathedraalse Mystiek is het bezigen van de dood als noodoplossing (euthanasie, zelfdoding, zelfmoord) een wat men dan toch enigzins respectloos ’toppunt van loempigheid’: men zou verplicht worden – in de cyclische kern van de tijdsbeleving – hetzelfde leven te lijden tot men een oplossing heeft gevonden voor de Opgave. deze stelling is echter vooralsnog op geen enkele wijze valideerbaar, dus de NKdeE-akoliet/mysticus dient daaromtrent, ik citeer, ‘haar mule te houden’.
379 – het is wat het was voor het geweest is
het is de meute aan Herakleitosvorsers blijkbaar ontgaan dat de uitspraak in fragment 22B22, door Paul Claes vertaald als “Goudzoekers woelen veel aarde om en vinden maar weinig “, misschien wel meer over het omwoelen van de grond zou kunnen gaan dan over het al dan niet vinden van goud. de interpretaties die ik tegenkwam, hadden het over het uitzonderlijke karakter van kennis enzo, over de geringe slaagkansen.
maar misschien wou de Efezische Profeet ons eerder wijzen de misleidende poeha der goudzoekers, en dat zij wellicht beter ‘woelratten’ zouden worden genoemd dan naar het eerder uitzonderlijke gevolg van hun onaflatende woelen.
het ligt ‘natuurlijk’ in ‘onze’ aard om een activiteit te benoemen naar de intentie: ons denken is nu eenmaal door-en door verziekt door de finaliteit van het Zijn. iets is pas belangrijk als het is wat het is. zie ook onze reductie van de plant tot de vrucht of de bloem. ik weerhoud mij ervan om de beruchte reductie van de vrouw in dit rijtje te zetten omdat ‘we’ dat niet meer gingen doen, toch? want ‘het’ is waarschijnlijk maar ‘natuurlijk’ in zoverre het mannelijke natuur is en ‘onze’ aard in zoverre die aard de dominantie van het mannelijke ondergaat. ik zeg ‘waarschijnlijk’ omdat we het niet anders proberen, terwijl dat wel zou kunnen.
‘onze aard’ is immers een hoedanigheid die iedereen voor zich kan (zou moeten willen kunnen en mogen)* bepalen.
kwantiteit is een uitkomst van een telling, daar kan je niks aan veranderen. kwaliteit is een waarde die we hechten aan het getelde, dat ‘veranderen’ wij voortdurend in functie van onze belangen, waarbij elk ‘wij’ het resultaat is van een negotiatie in de omgang (de commerce/Umgang binnen de sociale ruimte, in ons oord/Ort/site) .
elke ‘wij’ die je aan ‘onze’ aard toekent is een falsifieerbare ‘normalisatie’, een repressieve normopathie waarvan ‘wij’ misschien beter zouden genezen, al was het maar in momenten van helderheid tijdens de voortrazende bedwelming van onze consumptieverslaving. zie je, zo werkt ‘wij’, de klasse ‘wij’: de uitspraak constitueert de groep en dwingt elk individu binnen de groep om de waarheid van het toebehoren, de onschuld te bewijzen. ‘wij’ is de erfzonde.een goed begrip daarvan schenkt ons een moment van helderheid, een genezing. en elk moment van genezing van de ziekte heet ‘gezondheid’, daarvan kan je beter genieten.
van enig reëel wij-gevoel is in de huidige constellatie geen spoor meer te bekennen, dus de functie van de klasse is louter verhullend: een betoog dat begint met ‘wij zouden toch beter dit of dat’ , slaat derhalve nergens op, het lezen is vooral tijdverlies.
soit. ook indien er geen finaliteit te bespeuren is, maken wij er liever een aan dan te pogen het gebeuren ‘neutraal’ te bekijken, zonder verlangen naar het ‘goede’, of afkeur van het ‘slechte’. dat is immers lastiger meestal want bv. die goudzoekers zou je meteen moeten gaan wijzen op de ongelooflijke mest die ze maken en dat die onmogelijk in verhouding kan staan met de kleine nuggets aan potentïele goudwinst.
finaliteiten zijn ook negatief, meestal noemen we ze dan geen doelen, maar ziektes of gebreken. ze herleiden net zo goed een gebeuren tot het resultaat ervan, meestal is dat dan de onmogelijkheid om bepaalde handelingen te stellen. de ziekte als einddoel van de gezondheid.
een onvrede in het gevoel, een maladaptatie aan de snel veranderde leefomstandigheden, een slechte reactie op de stress van het hedendaagse gewoel en men gaat ogenblikkelijk als een woelrat op zoek naar een oorzakelijke benaming, een verklarend label, een diagnose.
de diagnose is, het woord zegt het zelf, een soort dwarsdoorsnede van wat men weet over een bepaald onderdeel van het gebeuren. men weet niet precies wat er gebeurt maar in het merendeel der gevallen is er sprake van [lijstje met kwalificerende benamingen die op basis van vage criteria op een uiterst dubieuze manier kunnen gemeten worden aka DSM].
op het moment dat je de diagnose stelt evenwel, zou je meteen dat lijstje met kwalitatieve benamingen moeten uitbreiden met de vermelding ‘gediagnosticeerd als [naam van de diagnose]” want vanaf dat moment valt de gediagnosticeerde persoon of toestand samen met de diagnose: hij, zij of het ‘is’ een [naam van de diagnose]-lijder.
het effect van dat ‘lijderschap’ is in het algemeen een serieuze stimulans voor een kwantitatief meetbare uitslag, een woeker van de eerder vastgestelde kwaliteiten, in vele gevallen heden ten dage jammer genoeg een ziektebeeld.
wat benoemd is wordt immers ervaren zoals het benoemd is, met alle secundaire invullingen van het benoemde die voorheen onbekend waren, aja: ‘het had geen naam’.
“nu weet ik wat er scheelt”! jeuh! aja, ipv: mijn rug doet zeer omdat ik te lang in bed gelegen heb, of omdat ik scheef hang van ’t mij slecht voelen is’t nu: er zit een zenuw gekneld”.
op die manier wordt ‘het is wat het is’ heel snel een excuus om niets aan verandering toe te laten: de rest van de werkelijkheid moet maar aangepast aan de benoembare werkelijkheid, die ‘is’ er tenminste.
maar ja: die werkelijkheid ‘is’ niet wat ze is, die ‘is’ enkel hoe ze was op het ogenblik van de diagnose en in functie van een meting van het lijstje met vooropgestelde kwaliteiten/kwalen. het zijn bestaat hoogstens als een uiterst fictieve vorm van ‘geweest zijn’: op die moment was het ongeveer zo en zo. Maar ja: op het moment van de diagnosestelling doe je de persoon in kwestie wel een dusdanige cadeau, een verklaring voor alles wat er scheelt, dat je al bijna misdadig zou zijn om de persoon in kwestie die diagnose nog te willen ontnemen. Aja: hij had nu eindelijk ‘iets’. ‘iets’ dat al die ellende kon verklaren: een vrijwaring en dus herstel van het genot door uitsluiting van de benoemde Kwaal.
ik ben gezond op mijn ziekte na. als ik lijd lijd ik aan mijn ziekte en niet aan mijn slechte gewoontes. enzoverder, tot na St. Juttemis, want het Zijn is een virus dat kruipt waar het niet gaan kan…het resultaat is voornamelijk dat de gezondheidssector snel verwordt tot een bende goudzoekers: in plaats van het zeldzame goud van de gezondheid creëert men enkel meer en meer ziekte, ziekte, die met het gewoel gemeen heeft dat ze tenminste zichtbaar, benoembaar en dus behandelbaar is.
en, eens er gewoeld is, kan er niet alleen in het blootgewoelde gespit en gegraven worden maar vooral ook in de opgehoopte woelkennis. op dat moment is dat wat er is allang iets geheel anders dan wat het was, ooit, net voordat het ‘ontdekt’ was…
Tarotkaart van de dag
~
copyright ‘ViLT //dagwerk van dirk vekemans’:
CC0 1.0 Universal (CC0 1.0) Public Domain Dedication
contact: dirkvekemans@yahoo.com
VOLG dirkvekemans.be
Vul je mailadres hieronder in en je krijgt elke dag het werk zo in je mailbox, gratis. jouw mailadres wordt verder niet gedeeld, gebruikt of anderszins bekend gemaakt. Met opzeglink in elke mail.
Noten