jt#32 – ça ne vaut que pour moi – weu wee wo wàaaaa
5 april 2020
Elke poging om een ‘schrift van het reële’ tot stand te brengen is gedoemd om strikt individueel te blijven, zo lijkt het.
Dat is ook wat Moralès vaststelt in zijn behandeling van Réquichot.
Maar is dat wel zo? Is het niet net ons noodlijdende vastklampen aan de constructie van het Zelf die ons blind maakt voor het communicatieve aspect, het verbindende van de geste, het gebaar?
Tenslotte hebben we allemaal min of meer dezelfde ‘hardware’, alles aan ons is herkenbaar in de Ander.
De praktijk van het Asemische Schrift die sinds 2000 op de meest diverse manieren wordt uitgebouwd door een kleine groep van via de sociale netwerken verbonden enthousiastelingen, toont m.i. aan dat het schrift door het naast zich neerleggen van haar communicatieve vereisten, eerder wint aan expressiviteit, aan verbinding scheppend uitdrukkingsvermogen.
Kunnen we in de diepten van onze gebaren enkel uitdrukkingen vinden die uitsluitend gelden voor het individu dat de gebaren stelt? Nee toch, want voel ik niet wat (het lichaam van) Réquichot ‘wil zeggen’ in zijn spiralen, zijn vergaarbakken van papiertjes, verf en rot? Misschien moeten we de Fictie, die harde Realiteit van onze enkel schijnbaar rationele, zelfzekere maar voortdurend aan verslavingen en noden onderhevige ego wat meer durven prijsgeven, uitstellen om belangeloos het Moment van het Reële te delen in plaats van braafjes likes te verzamelen voor onze glanzende profielen. Misschien moeten we gewoon in vertrouwen kunnen geven terug in plaats van altijd maar te willen hebben hebben hebben….
Het is en blijft een kleine minderheid die zich wil bezighouden met deze maniakale zoektocht naar de expressie van het onzegbare, ook al omdat je bij die zoektocht onvermijdelijk in het obscene veld terechtkomt.
En omdat je moeilijk kan hard maken wat niet bestaat in een Realiteit die enkel aan het Zijn en zijn producten waarde hecht en blind wil/moet zijn voor het Gebeuren.
Maar het onbestaande gebeurt wel degelijk, net zoals het ondenkbare momenteel de wereld in haar greep houdt.
Enkel daardoor al, door de onhoudbaarheid van de opgehouden ‘realiteit’ zal het geloof in een verbinding door het gesturale, in de letterlijke incorporatie van het gemeenschappelijk onverwoordbare elke dag veld winnen, dat kan haast niet anders. De toekomst daarvan deelt voor mij al in de nieuwe status van de wetenschappelijke bepaaldheid van toekomende waarmee virologen ons momenteel middels wat zij dan noemen ‘voortschrijdend inzicht’, de juiste beslissingen aanreiken om het aangewezen gedrag af te dwingen.
Soit. Weu wee wo wàaaaa. Het is mijn verwachting dat de vraag naar een werkbare methode hiervoor enorm groot gaat worden nu elke ‘gewone’ lichamelijke aanwezigheid het gevaar van een besmetting inhoudt, dus vergeef mij als ik mijn onderzoekingen in deze verbijsterende tijden hardnekkig en schijnbaar onaangedaan, ongestoord verder zet. Het heeft voor mij allemaal net een urgente gekregen die niemand had kunnen voorzien.
Want de straten mogen dan evident leeg zijn, er is momenteel wel degelijk massaal veel ‘vraag naar meer Lyriek in de straat..’.
rev. dv@CJE
over het journal intime
-programma
pseudo-code van het programma:
gegeven:geste:
het pad van de primaire, spontane bewegingschrijfleeslus
: herhaling van de geste
die zich gaandeweg stabiliseert binnen de corridor van de gestecorridor
: het tijdruimtelijke vlak waarbinnen de geste zich herhalen kan zoals geprojecteerd op een 2D schrijfvlakjij, je
: een participant aan het journal intime
programma
het journal intime
is een dagelijks algoritmisch uitgevoerde handeling (functie
);
je wordt wakker
en je doet onmiddellijk dit (géén andere bewuste handeling ervoor): je beeldt jezelf een geste in eventueel gelinkt aan een woord of een frase
je neemt de blocnote en initieert de schrijfleeslus
je vocaliseert daarbij het woord of de frase
als je merkt dat de herhaling zich gestabiliseerd heeft tot een geste
neem je jouw vocalisatie voor minstens vier iteraties op
teken je de geste
je leest in een boek in een vreemde taal (eender welke, niet je moedertaal) tot je een fragment tegenkomt waarvan je denkt dat het kan dienen als 'titel' of 'benoeming' van de geschreeftekende schrijfleeslus
uitvoer van het programma:
– een potloodtekening met een titel in een vreemde taal
– een geluidsopname van vier herhalingen van 1 uitgesproken woord of frase in het Nederlands (met NL tongval)
– (optioneel) een commentaar in proza
de journal intime
routine
is een vrij exemplarisch, grafologisch NKdeE-onderzoeksprogramma.
de uitvoer ervan wordt hier gepubliceerd in het Publieke Domein
rev. dv@CGM