tài : hoogste, grootste, te (veel), erg, buitenmatig
Maand: februari 2020
LAIS CCXXI
De winter is daar. Er staat ellendevoor de deur, je hoort de kou al in demensen kruipen, hoe zij van ellendeliefde prediken, haat, hoe er wordt hindegekeeld, en bos, daar waar ’t haar beminde. De stilte na de eerste sneeuw zal weerblad zijn, wit en leeg. Het schrijft haar neer.Maar ’t zuchten bij elkander breekt de […]
kān: gadeslaan, bewaken, zorgen voor, bekijken
kàn: zien, kijken, lezen, bekijken, bezoeken, een bezoek brengen, overwegen, beschouwen als, zorgen voor, behandelen (een ziekte), afhangen van, voelen (dat), (na ww) ’s proberen, Pas op! (voor gevaar)
LAIS CCXX
In de onbetamelijke wanhoop
shì: is zijn, ben, ja, zijn
LAIS CCXIX
Nu het zich weer in stof en as vergaart
jiàn: zien, ontmoeten, verschijnen, interviewen
LAIS CCXVIII
Dat ’s ochtends de liefde zich ontplooit
zài: te, (zijn) in, bestaan, bezig zijn te, aanduiding voor een aan de gang zijnde handeling