Van tuinwerk dromen, uitgespitte grond
en of je daar een parel trof? Niets
bleef bewaard, hoe je het ook prijsgaf
aan de tijd dat je nog bestond, hoe ook
je het van Griekse schoonheid, haar
scherpte losgewrikt en van de aarde
afgebroken vond. Restant van een gaffel,
het uitgeroeste nagelgat gebeten
op afwezigheid. Afdoende
werd het instappen op de trein
te Booischot nooit beschreven. Dood
is alles wat wij wakker zien.
uit ‘Spelen dat het Donker Wordt’ (1995-1999/ rev. 2018-2019)