Categorieën
Proza Ruis

reizigers in de anti-tijd (i)

Ik dacht dat het beter was de nacht in twee wachtbeurten te verdelen, opdat de nachtrust niet te veel versnipperd zou worden. Ik luisterde opnieuw naar de speaker die vervolgde … ook de opmars van een onoverzichtelijk muizenleger, dat in één dicht tegen mekaar aangedrukte massa over een oppervlakte van 400 vierkante kilometer naar onze stad oprukt, wordt gestuit met vlammenwerpers door onze vuurtroepen en speciaal uitgeruste helicopters.

In de achtentwintigste inham vonden wij de Windvis.

Intussen kneep ze de knieën tegen mekaar, en drukte nadat zij ze even weer spreidde, de hand tegen haar geslacht. In de loop van de avond groeide niet alleen het aantal artikelen op de lijst, maar beseften we spoedig dat het geen zin had kleine voorraden in te slaan. Ik bedoel van breedheid van begrip, van…Ik weet het, maar ik heb het nooit gezien. Ik heb wedstrijd gelopen met alle ambitieuze dieren. Ikzelf schonk mijn eigen woorden weinig vertrouwen. Ik zei: de taak vanuit het verleden het heden opnieuw op te bouwen, is achterhaald.

Ik kijk achterom, voorbij Apollonia die me met een vragende glimlach beziet. Ik wijs met een wijde boog hoever we nu kunnen zien.

Geef een reactie

This website uses the awesome plugin.