“Car loy d’Amour est de l’un captiver,
L’autre donner d’heureuse liberté”
Scève, Délie XL
XL
Op dit stenen bruidsbed heb ik u bemind
Dit zwarte ligt er als een doodgeboren kind
In u heb ik de hemel als een lijf ontdekt
Een strohalm oker die de hoop nog rekt:
U bent als daad in mij tot woord vergaan.
Uw tong is mij het zingen, uw taal het ei
Van vogels die hoog in tegenlicht bestaan.
U bent van mijn bewegend stof de diamant,
De aanslag van een diepe do in mij,
De procedure van de liefde in mijn land.