Alsof ik je
een vlinder tussen je oogharen speld.
De zee stokt in mijn vingers;
de zon schilfert rond je tepels;
de lucht is naakt
als een asperinetablet.
Niet lang hierna
zal de een of andere krekel
de stilte van deze korte
natuurlijke historie
wel komen bijslijpen.
Hans Faverey
Verzamelde gedichten, ISBN 90 234 4696 8, blz. 219