de aarde hoopt de aarde tot ver boven de hoofden
in het garlandse lakritme
van Under the Bamboo Tree
klak plakt de lak na maar de kalklaag lost al & op
het gelaat van de kinderwagenduwende vader
komt een grimas & in de lach van de zingende
moeder kraakt de angst laag na laag tot zij zelf
naakt op het gladde beton van de parkoprit
rozig te rillen wordt gelegd met het plukje baby
dat nog rest verschroeid naast haar & de man
die de wagen duwde net nog haar man niet meer.
de Heer daalde neer in ons midden & Hij was
een splinterbom. de Mevrouw is dood jongen.
wij leven in het tempo van die nakende dood
wij ademen de luchten van het vergeten sterven
wij spuwen galvocht bij het huis-bereide gif,
een laatste vinding waartegen geen maagwand
[14 meerstemmige onheilsafkondigingen – tweede reeks #5]