Overgave
Het snijden van de luchten blaast Uw hete adem & het snijden
is het snijden van metaal. Schril Uw snaren gillen in de wolken.
Op de vlakte de dorre vlakte is de vlakte de vlakte & op het zand
het zand onder de zon is het zand het zand & ik de kronkeling.
Mijn schaduw kronkelt als een slang van water op uw zand.
Mijn zuchten krimpt uw stilte in als ’t strelen van een tong aan vuur.
Uw spreken spuwt mijn woorden weg als brandend zuur.
Uw schaduw die U wil ben ik & de schaduw die U wil beweegt
zich niet van deze schaduw weg. Vast is waar de vlakte mij
in U verbindt, stijf is waar mijn schreien sijpelt op uw zand.
Straks breekt uit het hijgen van mijn borskas U (mijn draak die U in mij verwekte).
Straks klinkt op van mijn gereutel U (mijn luide spreuken U & Al & Niets).
Straks zwiept uit de wirwar van mijn ingewanden U (hoog mijn doedeldreun).
Straks stookt Gij mij in mij , straks laai ik in Uw grootse einde op. Allaah.