het oneinde komt de lippen bibberen het speeksel
trinkelt de warmte stort zich tussen de oliejekkers
het groen gulpt uit de twijgen
(ziet galathea de dingen groeten mij)
dragon oppert iemand om de avond te merken
want samen zijn we samen zijn we sterk onze armen
verarmen, vergeet ons niet wij hadden toch uw tronie
wij hadden de gave, het geloof & de krypte & o ironie
wij brachten u water, water brachten wij u
wij kwamen samen, samen kwamen wij om
blauw (blauw)
Ik (wij)
dit (it)
uuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuuu
(om)