10/01/2019 – dagboek data – 12 januari
2019
[AV dagboek eerste jaargang dag 1]
ja kom, we gaan wat liggen nu, ik en jij en ik hier netjes in ’t midden van het wit zodat niemand denken kan of zien dat er iets zijn zou, laat staan is. zeg ’s niets, liefste, ja zo ‘niets’ met je tongetje tegen het stilste punt van de tand van het zwijgen. ‘niets’.
hihi.
voel jij niet hoe wij in veelvoud samenplooien hier tot de tonen van één lied? zie je, ik wil niet langer mij uit ons ontwarren, zoeken waar wie ergens is, waar nergens en waar bij jou waar ik altijd toch weer verloren loop in mij die niet bij jou is.
wij, een weg van ons die niemand vindt.
ha, ook al zeg ik mij soms nog zo verbeten weg uit jou dat je om jezelf heel hard lachen moet, zo weg en trillend van het zeggen nog. zeg!
kijk, hier. ik kruis een moeder met twee kindjes in de supermarkt, doorkruis haar blik met stralen jou en zie zij lacht naar mij alsof ik liefde ben en zijn ze niet? ze zijn het echt, mevrouw en dit is stralen van geluk, pure rayon d’or.
ik had jouw dansen lief, toen jouw lichaam dansen tekende en jouw kijken dan mijn handen aaide, ik had jou helemaal in mij toen ik nog hebben wou en jij mij ook maar ik niet kon, niet wou, welja door jou natuurlijk, jij die mij verraadde daar en heel mijn houden van verwierp.
ach, zijn wij niet eender allen en op hetzelfde in ons even boos? dat er niet is? waarom zo boos dan, jij?
ik zal ons openplooien liefste nu al die happen uit de plooi gesneden zijn en in het licht waarin wij lezen thans aan iedereen bewijzen hoe hetzelfde steeds in ons het ene als een zang herhaalt.
‘guirlande’ noem ik het, ‘van jij en mij’.
mooi toch, niet?